■ Beveiliging
Wanneer beveiligingsfuncties zijn ingeschakeld waarmee de mogelijke oproepen
worden beperkt (zoals het blokkeren van oproepen, gesloten gebruikersgroepen
en vaste nummers), kunt u mogelijk nog wel het geprogrammeerde
alarmnummer kiezen.
Selecteer
Menu
>
Instellingen
>
Beveiliging
en daarna een van de
volgende opties:
PIN-codeaanvraag
en
UPIN-codeaanvraag
— als u de telefoon wilt
instellen om naar de PIN-code of UPIN-code te vragen wanneer de
telefoon wordt ingeschakeld. Bij sommige SIM-kaarten kan het vragen
naar de PIN2-code niet worden uitgeschakeld.
I n s t e l l i n g e n
77
PIN2-codeaanvraag
— om in te stellen of de PIN2-code is vereist
wanneer een bepaalde telefoonfunctie wordt gebruikt die met de PIN2-
code is beveiligd. Bij sommige SIM-kaarten kan het vragen naar de
PIN2-code niet worden uitgeschakeld.
Oproepen blokkeren
— om inkomende en uitgaande oproepen te
beperken (netwerkdienst). Hiervoor hebt u het blokkeerwachtwoord
nodig.
Vaste nummers
— als u uitgaande oproepen wilt beperken tot
geselecteerde telefoonnummers, als dit door uw SIM-kaart wordt
ondersteund.
Bep. groep gebruikers
— om een bepaalde groep personen op te geven
die u kunt bellen en die u kunnen bellen (netwerkdienst).
Beveiligingsniveau
>
Telefoon
— als u wilt dat de beveiligingscode
wordt gevraagd wanneer een nieuwe SIM-kaart in de telefoon wordt
geplaatst. Als u
Geheugen
selecteert, wordt de beveiligingscode
gevraagd wanneer het SIM-kaartgeheugen is geselecteerd en u het
gebruikte geheugen wilt wijzigen.
Toegangscodes
— als u de beveiligingscode, de PIN-code, de UPIN-code,
de PIN2-code of het blokkeerwachtwoord wilt wijzigen.
Code gebruiken
— om te selecteren of de PIN-code of de UPIN-code
actief moet zijn.
Autorisatiecertificaten
of
Gebruikerscertificaten
— om de lijst met
autorisatiecertificaten of gebruikerscertificaten te bekijken die naar de
telefoon is gedownload. Zie Certificaten op pagina 112.
Inst. beveiligingsmodule
- Hiermee kunt u
Geg. beveiligingsmodule
weergeven,
Verzoek PIN voor module
activeren of de module-PIN en de
ondertekenings-PIN wijzigen. Zie ook Toegangscodes op pagina 11.
Beveiligd element
— om de toegang van een externe NFC-lezer tot het
beveiligde element zonder bevestiging, met bevestiging of met een
wachtwoord toe te staan. Selecteer
Wachtw. wijzigen
om de
toegangscode voor het beveiligde element te wijzigen. Zie ook Betalen
en kaartverkoop met op pagina 115.
I n s t e l l i n g e n
78